Toen ik begon met hardlopen, draaide alles om afstand en snelheid. Ik wilde steeds verder komen, steeds harder lopen. Iedere training was een meetmoment: hoeveel kilometer, hoeveel minuten per kilometer, hoeveel sneller dan de vorige keer? En als ik dat niet haalde, voelde het alsof ik had gefaald. Tot ik ontdekte dat ik daarmee volledig voorbijging aan wat hardlopen eigenlijk met me deed.
Ik weet nog goed hoe ik tijdens een rustige loopje, dat ik slowrunning noemde, ineens merkte dat ik me opgelucht voelde. Mijn hoofd werd lichter, de spanning in mijn lijf zakte weg. Het maakte helemaal niet uit dat ik ‘maar’ een korte ronde deed of dat ik langzaam liep. Het was juist dát tempo dat me ruimte gaf om te voelen. Het besef kwam dat hardlopen niet per se een sport hoeft te zijn waarin je jezelf constant over de kop jaagt. Het kan ook een middel zijn om tot rust te komen, om stress los te laten en weer in contact te komen met je eigen lichaam.
Van prestatiedrang naar beleving
In een tijd waarin hardlopen vaak draait om personal records, Strava-badges en het behalen van die magische 10 kilometer, biedt runningtherapie een ander perspectief. Runningtherapie is een vorm van bewegingstherapie waarbij je op een rustige, vaak lage intensiteit hardloopt onder begeleiding van een therapeut of trainer. Het gaat niet om snelheid of afstand, maar om de ervaring en de effecten die beweging op je lichaam én geest heeft. Door deze positieve effecten wordt runningtherapie steeds vaker ingezet als aanvulling bij klachten zoals stress, somberheid, angst of burn-out.
Waar traditionele hardlopers vaak gericht zijn op sneller of verder, draait runningtherapie juist om vertragen. Door bewust langzaam te lopen, ontstaat ruimte om te voelen wat er gebeurt. Hoe ademt je lichaam? Hoe reageert je hartslag? Wat doet de frisse lucht met je stemming? Het gaat om contact maken met jezelf, niet met de stopwatch. Ik vergelijk het zelf met een soort actieve meditatie. Het is voor mij een middel om mijn hoofd leeg te maken en dichter bij mezelf te komen. Hardlopen is een manier geworden om stress te ontladen, om ruimte te maken in mijn hoofd en om dichter bij mezelf te komen.
Hardlopen als lichaamswerk
Om meer te weten over runningtherapie las ik het boek ‘Hardlopen als lichaamswerk‘ van Bram Bakker. Als (voormalig) psychiater pleit hij sterk voor hardlopen als therapeutisch middel bij psychische klachten. Hij is nauw betrokken geweest bij de ontwikkeling van runningtherapie en biedt daar onderwijs en literatuur over aan. In 2008 publiceerde hij het boek ‘Runningtherapie’, waarin hij hardlopen presenteert als alternatief of aanvulling op medicatie en psychotherapie.
Dit boek is geen klassiek hardloopboek met schema’s of prestatietips, maar een gids om hardlopen te gebruiken als middel tot heling, lichaamsbewustzijn en mentale balans. Bram Bakker begint met zijn persoonlijke verhaal en observaties uit de psychiatrie. Hij schetst hoe hardlopen in eerste instantie als sport werd ingezet, maar hoe hij gaandeweg ontdekte dat het méér is: een medicijn tegen stress, depressie en piekeren. Je leest waarom ons hoofd vaak overvol is, hoe we van ons lichaam vervreemden, en waarom het simpelweg aantrekken van je hardloopschoenen een ingang kan zijn naar herstel.
Daarna gaat het boek dieper in op de essentie van Runningtherapie 2.0: hardlopen niet als prestatiewedstrijd, maar als lichaamswerk. Je krijgt uitleg over hoe beweging ons brein beïnvloedt, waarom een rustig tempo vaak beter werkt dan jezelf uitputten en hoe je leert luisteren naar signalen van je lijf in plaats van ze weg te drukken. ‘Hardlopen als lichaamswerk’ is een waardevol boek dat je uitnodigt om met meer plezier en bewustzijn te gaan hardlopen.

